Dit is jeugdzorg

20 november 2024

Kinderen, jongeren en gezinnen kunnen grote uitdagingen hebben. Soms zijn deze uitdagingen zo groot dat hulp nodig is. In de regio Hart van Brabant werken gemeenten, zorgaanbieders, scholen en welzijnsorganisaties samen met ouders, jongeren en kinderen om goede hulp te bieden. Dit doen ze bijvoorbeeld door een mentor uit het netwerk van het gezin in te zetten. In de serie #ditisjeugdzorg vertellen jongeren, gezinnen en professionals over hun ervaringen.

Tante Noortje werd mentor (JIM) van Wessel: ‘Ik was altijd al betrokken, nu kan ik ook echt iets dóen’

Wessel noemt het ‘fijn’ om een JIM te hebben. Meer hoeft hij er niet over kwijt aan mensen die hij niet kent. Het is wel oké dat zijn foto op tafel ligt, terwijl zijn pleegmoeder, tante en de pleegzorgwerker van Sterk Huis vertellen wat de JIM, die staat voor Jouw Ingebrachte Mentor, voor hen betekent. En waarom ze ieder gezin met jeugdhulp zo’n inspirerende en betrouwbare steunpilaar gunnen.

“Het is zo fijn om iets te kunnen dóen”, vat Noortje, de tante van Wessel, het samen. “Ik ken hem al sinds ik verkering kreeg met zijn oom. Als klein mannetje was hij elke week een dag bij ons. Ik zag hem opgroeien en daarin ook worstelen.” Omdat Wessel en tante Noortje ‘dol zijn op elkaar’, hij het daardoor goed van haar kan hebben als ze hem ook eens streng toespreekt én luistert naar haar adviezen, wordt zij zijn JIM. “Als het op school even niet lekker loopt, doe ik dat gesprek. Ik ben dan niet ‘die tante die zich er ineens tegenaan komt bemoeien’, maar de vertegenwoordiger die Wessel zelf heeft uitgekozen.”

Officieel

Jenny, de pleegmoeder van Wessel, vindt het prettig dat het beestje een officiële naam heeft.

“Noortje is de tante van Wessel en ook mijn schoondochter. Ik wil haar en mijn zoon niet elke keer tot last zijn, want zij hebben zelf hun leven met een eigen kindje en een drukke baan. Het helpt dat we van elkaar weten wanneer ze tante Noortje is en wanneer JIM.”

Jouw Ingebrachte Mentor

Jouw Ingebrachte Mentor bestaat al een jaar of elf in de jeugdhulp. Zorgaanbieder Sterk Huis werkt er graag mee.

“Als een jongere problemen heeft, zijn er heel veel mensen die zich daarmee bemoeien”, zegt Nina Donders, pleegzorgwerker van Sterk Huis. “De leraar, de hulpverlener, de leerplichtambtenaar, de gemeente, de wijkagent, de voogd: dat kan behoorlijk overweldigend zijn. Als je je kwetsbaar voelt doordat je problemen hebt, neem je niet zomaar iedereen in vertrouwen. Een mentor die je helemaal zelf kiest en vertrouwt, kan je helpen.”

Noortje is als tante én als JIM ‘een steun en toeverlaat voor Wessel’, ziet Nina, die al jaren nauw samenwerkt met Wessel, pleegmoeder Jenny en Noortje.

“Ik zie haar echt als een informele hulpverlener die Wessel kan bereiken waar wij ‘professionals’ dat niet altijd kunnen. Zo helpt ze ons beter aan te sluiten op wat Wessel nodig heeft.”

Jenny’s hart spat bijna uit elkaar van liefde voor Wessel, die ze ‘een schat van een jongen’ vindt. Hun band is sterk, maar toch zijn er momenten waarop ze moeilijk tot hem kan doordringen.

“Wessel kan niet bij zijn ouders wonen omdat hij als heel jong kindje heel nare dingen met hen heeft meegemaakt. Daar heeft hij trauma’s van. En die komen soms naar boven. Bijvoorbeeld wanneer ik het met hem over zijn cijfers wil hebben, of over zijn huiswerk. Of dat hij moet stoppen met zoveel te gamen. Zoals dat gaat met kinderen en zéker met pubers: degene die het dichtst bij ze staat, krijgt het meestal het zwaarst te verduren.”

Zij blijft

Wanneer Jenny er even niet doorheen komt, kan Noortje helpen met afspraken opstellen en het naleven hiervan.

“Omdat ze goed naar Wessel luistert, zijn het afspraken waar hij ook het belang van kan inzien en die haalbaar zijn voor hem”, zegt Jenny. “Samen zorgen we ervoor dat we mét Wessel praten, en niet over hem. Dat geeft hem vertrouwen. En mij ook. Noortje is de schakel die je soms nodig hebt tussen ons pleegouders en onze pleegzoon, de mentor van school en de pleegzorgwerker. Iemand die zich kan opstellen als een professionele hulpverlener, maar ondertussen bij ons hoort, vertrouwd is en altijd in de buurt blijft.”

Wessel koos zijn tante als JIM; het kan ook een vriend zijn, een sportcoach of een ander familielid.

“Jong of oud maakt niet uit, als het maar iemand is die de jongere inspireert, energie geeft, dingen leert en, als het nodig is, ook een keer de waarheid kan zeggen”, legt Nina uit.

Wie gevraagd wordt om JIM te zijn van een jongere, krijgt een mentor bij de zorgaanbieder.

“Noortje had niet zoveel nodig, ze is een natural”, zegt Nina trots. “Ik help haar met name door haar als JIM te introduceren, zodat iedereen begrijpt welke positie ze heeft en wat die inhoudt.”  

Verschil maken

Het kost tijd om een JIM te zijn.

“Maar als je gevraagd wordt, is dat waarschijnlijk door iemand die bijzonder voor je is.” ‘Ga het aan’, is Noortjes advies. “Je wordt er zeker niet dommer van. En waar je als liefhebbende tante wel eens machteloos aan de zijlijn staat, kun je als JIM echt een verschil maken.”

Wessel, Jenny en Noortje bestaan echt, maar heten in werkelijkheid anders.

Bekijk hoe jij ook zou kunnen helpen.